Kattenvaccinaties-infectieziekten

door Herman Aa
www.dierenadviesonline.nl


Kattenziekten
zien we vooral bij de jonge kat.
Net zoals tegen het niesziektesyndroom – waar ook de chlamydia-infectie onder valt – moet je de kat laten inenten en wel voor het eerst op een leeftijd van 8-9 weken met een herhaling na 2-3 weken. Deze enting moet daarna jaarlijks herhaald worden.
Gebrek aan eetlust, een ruwe vacht, braken, verstoppingen en later diarree die lang kan blijven bestaan zien we vaak bij deze dodelijke virusziekten. Niezen en snotteren komt daar oa door een chlamydia-infectie nog bij.
Meestal  weigeren ze te drinken en te eten, waardoor ze snel uitdrogen.
De ziekte is zeer besmettelijk en bezoek aan de dierenarts is noodzakelijk.

NIESZIEKTE 
Niesziekte komt veel voor!! De belangrijkste veroorzakers zijn het calici virus, het rhinotracheitis virus en de chlamydia (een klein soort bacterie).
Tegen deze ziekte bestaat een goed vaccin.
Een jaarlijkse enting tegen niesziekte inclusief de chlamydia is dus  noodzakelijk.
Neusuitvloeiing is een van de symptomen van de niesziekte, evenals gebrek aan eetlust, niezen, vuile ogen, koorts (40-41°C) en/of diarree e.a.                                     
Niesziekte is zeer besmettelijk voor andere katten en dient tijdig door de dierenarts behandeld te worden. Niesziekte is de meest voorkomende infectieziekte bij de kat – een uiterst besmettelijke aandoening die alle slijmvliezen van het lichaam aantast en waar katten flink ziek van zijn.

Oorzaak
‘Niesziekte’ wordt dus door meerdere kiemen veroorzaakt.
De ziekteverschijnselen die ze samen veroorzaken lijken zo sterk op elkaar dat ze samengevat worden onder de noemer niesziekte. Dus er is altijd sprake van een menginfectie met meerdere ziektekiemen.

Besmetting
De ziekte wordt verspreid door katten, vooral door het niezen – kleine vochtdruppeltjes beladen met ziektekiemen van de besmette kat worden de lucht ingeblazen.
Deze druppels zijn zo klein dat ze urenlang in de lucht blijven hangen en over grote afstanden met de luchtstroom mee vervoerd kunnen worden.
Vooral op plaatsen waar veel katten bij elkaar zitten in een kleine ruimte, zoals cattery’s, asiels of dierenpensions, kunnen epidemieën uitbreken.
Hiernaast kan de ziekte ook worden overgedragen door besmette manden, kooien of via de handen, de kleding en het schoeisel van de mens.

Verschijnselen

De naam niesziekte is wat misleidend – niet iedere kat met niesziekte, niest!!
Het  tast de slijmvliezen van ogen, luchtwegen en het maag/darmstelsel aan en besmette katten hebben ontstoken ogen, vieze neusuitvloeiing en soms zweertjes op de tong en vaak ook diarree, hebben koorts, laten hun eten en drinken staan en niezen of kwijlen vaak. Dieren die niet drinken kunnen binnen korte tijd uitdrogen. De aangetaste slijmvliezen van de luchtwegen zijn een vruchtbare voedingsbodem zijn voor allerlei andere kiemen, waardoor ze vaak longontstekingen veroorzaken.
Vooral jonge dieren kunnen heel ziek zijn, hun afweersysteem is nog niet volledig ontwikkeld en ze zijn vaak nog niet ingeënt.
Toch is niesziekte – mits tijdig ontdekt – met een goede behandeling volledig te genezen.

Behandeling
Zoals gezegd wordt niesziekte veroorzaakt door enkele ziektekiemen en vooral door de chlamydia. Er bestaan nauwelijks medicijnen om de niesziektevirussen te bestrijden, maar voor de chlamydia bestaan die er wel. Dit betekent dat de behandeling er vooral uit bestaat bijkomende infecties te onderdrukken, uitdroging te bestrijden en de patiënt te laten eten.
In mijn praktijk betekent dit dat de patiënt antibiotica, chemotherapeutica en indien nodig infusen krijgt, aangevuld met licht verteerbaar en smakelijk dieetvoer. In ernstige gevallen worden ze 2x daags bestraald met UV licht, dat de virussen en bacteriën afdoende bestrijdt.

Voorkomen
Het is goed mogelijk ze met inentingente beschermen tegen niesziekte.
Jonge katten kunnen vanaf 9 weken ingeënt worden tegen niesziekte. Voor een goede bescherming is het nodig deze enting binnen 2-3 weken te herhalen, hierna is een jaarlijkse herenting nodig.

LEUKEMIE
Een veel voorkomende tumorziekte van de kat (bloedkanker)
Katten besmet met het kattenleukemievirus komen helaas maar al te vaak voor en ze lopen het op door contact/ruzie met een drager van het virus.
Ze hebben slechts een kleine kans dit te overleven. De dierenarts kan gemakkelijk een test doen om te zien of er sprake is van deze aandoening.  
Zo’n kat is besmettelijk voor andere katten en mag daarom niet naar buiten.
Zijn er meerdere katten thuis, dan moet hij apart worden gehouden en de andere gezonde katten moeten getest worden om te kijken of ze besmet zijn geraakt.
Er bestaat een vaccin tegen deze ernstige ziekte, dat in het begin tweemaal gegeven moet worden – vraag het de dierenarts.

TOXOPLASMOSE
Het wordt veroorzaakt door de Toxoplasma gondii, een eencellige parasiet. Vrijwel iedereen en alle diersoorten kunnen besmet raken.
Om dit te voorkomen:
1.  Kattenbak goed laten schoonmaken door niet-zwangere, volwassenen
2.  Kattenbak met heet water uitwassen, de parasiet sterft bij 60°C
3.  Kinderzandbakken altijd afdekken met een net of een deksel
4.  Proeven van rauw gehakt is af te raden

5.  Zwangere vrouwen/jonge kinderen mogen geen rauw/onvoldoende verhit eten
     eten

Tekenen van de infectie zijn weinig specifiek: moe, lusteloos, soms wat koorts
Bij een minder frequente vorm, die sterk doet denken aan de ziekte van Pfeiffer, worden daarnaast ook verdikte lymfeknopen gezien, evenals spierpijn, lever- en miltvergroting. Bij verminderde afweer zie je soms een ernstiger ziektebeeld -: hersenvlies-, long- en oogontstekingen.
Bij 10 procent van de Europese HIV geïnfecteerde patiënten veroorzaakt een Toxoplasma-infectie hersenabcessen en hersenontstekingen!!