Waarom moeten we paarden regelmatig ontwormen?

Paarden van elke leeftijd, elk ras en gebruikstype herbergen permanent parasieten in het lichaam.
Veel wormen hebben het maagdarmkanaal als voorkeursplaats.
Indien de paarden niet regelmatig ontwormd worden kunnen deze parasieten een bedreiging worden voor de prestaties en de gezondheid van het dier.

Ziekteverschijnselen die veroorzaakt kunnen worden door parasieten:
1. Slechte conditie en ruige vacht met (te) lang haar, trage verharing
2. Verminderde eetlust of vermeerderde eetlust
3. Koliek (heftige buikpijnen)
4. Bloedarmoede (geeft bleke slijmvliezen)
5. Diarree (te dunne ontlasting) of een afwisseling van diarree en verstopping
6. Gestoorde en vertraagde groei

Ziekteverschijnselen die af en toe in verband kunnen gebracht worden met parasieten:
1. Kreupelheid
2. Inwendige bloedingen
3. Ontsteking van de huid
4. Longontstekingen en hoesten, soms zomerverkoudheid genoemd

Ontwormen moet men op vaste tijden in het jaar doen, net zoals vaccineren of hoefverzorging.

Hoe komen de parasieten in het paard terecht?
Als voorbeeld nemen we maag-darmwormen.
Het paard neemt ze op met de voeding…
De omgeving van het paard bevat heel veel eitjes van de maagdarmwormen.
Ze zitten niet alleen op het gras maar ook in het hooi, het stro en in besmet water.
Ook op de stalvloer kunnen eieren of wormlarven overleven.
Het paard wordt dus besmet bij het eten, het drinken of zelfs door het likken van de vloer of wanden…. die hij zelf besmet heeft.
De eitjes of de larven die opgenomen zijn ontwikkelen zich in het lichaam tot een volwassen worm die zich in de maag of de darmen bevind.
Dit geeft aanleiding tot de uitscheiding van miljoenen eitjes met de mest die op hun beurt de omgeving besmetten
Door regelmatig te ontwormen wordt deze parasitaire cyclus doorbroken en vermindert het gevaar op besmetting.
Welke zijn de belangrijkste parasieten van het paard?
Het paard kan besmet worden door een groot aantal parasieten.
De ernst en het soort van de besmetting hangt af van de leeftijd van de paarden en de manier waarop ze gehouden worden.

Voornaamste parasieten
Parasieten van het veulen
1. Spoelworm (Parascaris equorum)
2. Veulenworm (Strongyloïdes westeri)

Parasieten van paarden op de weide
1. Kleine strongyliden (b.v. Cyathostominae spp.)
2. Grote strongyliden (b.v. Strongylus vulgaris)
3. Larven van de paardenhorzel (Gasterophilus intestinalis)
4. Haarworm (Trichostrongylus axei)
5. Lintwormen (bv. Anaplocephala spp.)

Parasieten van paarden in de box
1. Aarsmade (Oxyuris equi),
2. Spoelworm (Parascaris equorum)
3. Veulenworm (Strongyloïdes westeri)

Zitten de wormen altijd in de mest?
Slechts enkele soorten van de parasieten bij het paard kunnen met het blote oog gezien worden in de mest:
1. Larven van de paardenhorzel: na een ontwormingskuur of in de lente.
Ze zien er uit als dikke, bruine geribbelde maden.
2. Larven van de kleine strongyliden kunnen in de lente gezien worden als kleine rode wormpjes van ongeveer 0,5 cm. Dikwijls zien we dan tegelijk diarree optreden.
3. Zeer zelden kan men spoelwormen zien als witte wormen van enkele centimeters lang of stukken van lintworm die er uit zien als langwerpige, witte segmenten van ongeveer 0,5 cm.
De andere parasieten zijn niet zichtbaar met het blote oog.
Met een microscoop is het mogelijk om in de mest de eitjes of larven van de verschillende soorten te onderscheiden en te tellen.
Dit onderzoek noemt men ¨coproscopie¨.
Dit onderzoek stelt ons in staat de soort en de graad van de besmetting vast te stellen.
Op basis van deze resultaten kan dan in overleg met de dierenarts een aangepast ontwormingsschema opgesteld worden.

Lokalisatie van de belangrijkste parasieten
… en hun seizoensvariatie

Lokalisatie van de verschillende parasieten in de organen

De parasieten kunnen zich in belangrijke organen bevinden die daardoor een verstoorde werking kunnen vertonen.
Afhankelijk van de plaats in het lichaam waar de parasiet zich bevindt, kan zelfs een lichte besmetting de weerstand en de prestatie van het paard verminderen.

Parasieten kunnen in verschillende stadia aanwezig zijn.
Als ei, larve of volwassen worm.

Arteriële bloedvaten: Strongylus vulgaris (larven)
Longen: Dictyocaulus arnfieldi – Parascaris equorum (larven) – Strongiloïdes westeri (larven)
Maag: Trichostrongilus axei -Habronema spp. – Gastrophilus spp.
Pancreas-lever: Strongylus equinus (larven)
Buikvlies-lever: Strongylus edentatus (larven)
Dunne darm: Strongyloïdes westeri – Parascaris equorum
Blinde darm-Dikke darm/Rectum: Oxyuris equi-Anoplocephala spp.-Strongylus spp.-Cyathostomina spp.

In welk seizoen komen de parasieten voor?
De besmettingsgraad van weiden wordt zeer sterk beïnvloed door de beweidingsgeschiedenis, de weersomstandigheden en het seizoen.
Deze bepalen ook de soorten parasieten die voorkomen.
Paarden kunnen op elk moment van het jaar besmet worden met parasieten.
Toch zijn er twee periodes die belangrijk zijn voor een behandeling tegen parasieten:
de lente en de herfst.
Dit zijn belangrijke periodes voor de behandeling tegen kleine Strongyliden en de paardenhorzel.

Hoe kan men het beste parasieten bestrijden?
De beste methode blijft het regelmatig ontwormen van alle dieren aangevuld met goede hygiënische maatregelen.

Voor de keuze van het ontwormingsmiddel zijn deze criteria belangrijk
1. De werkzaamheid: bij sommige producten zoals benzimidazoles heeft men aangetoond dat bepaalde wormsoorten meestal ongevoelig zijn (= resistent zijn) voor deze producten.
2. Het brede spectrum: bepaalde middelen kunnen in één behandeling een groot aantal parasietsoorten effectief bestrijden.
3. De veiligheid: men moet er steeds op letten dat het gekozen middel bij de juiste dieren wordt toegepast (b.v. leeftijd).

Ontworming en preventieve maatregelen
De goede manier om te ontwormen
Alle behandelingen moeten worden afgestemd op het gewicht van het dier.

Om een idee te geven, vindt u hieronder het gemiddelde gewicht van het volwassen dier van de meest voorkomende rassen:
Arabier 500 kg
Draver 600 kg
Fjord 500 kg
Haflinger 500 kg
Halfbloed 800 kg
IJslander 400 kg
Ncw Forest 450 kg
Shetlander 250 kg
Trekpaard 1200 kg
Volbloed 600 kg
Welsh 400 kg

1. Bepaal het gewicht van het paard: hiervoor bestaan goede schattingsmethodes (zie schema).
2. Doseer het ontwormingsmiddel in overeenstemming met het gewicht: dit is belangrijk in verband met de werkzaamheid en om de kans op resistentieontwikkeling van de parasiet te verminderen.
Soms kan het nodig zijn om een volwassen paard meer dan één volle injector toe te dienen.
3. Controleer voor de toediening of de mond van het paard leeg is.
4. Breng de injector rustig in de mond van het paard zonder het te laten schrikken.

Bij zenuwachtige paarden kan het nodig zijn de injector te verstoppen in de palm van de hand en die buiten het gezichtsveld van het paard naar de lipspleet te brengen.
De injector moet voor een groot deel in de mond zitten om de pasta op de tongbasis aan te kunnen brengen.
Dit bevordert het vlot inslikken van het ontwormingsmiddel.
Bij moeilijk te hanteren paarden kan men eventueel het ontwormingsmiddel in een appel of een stuk brood geven.

Hoe vaak moet ontwormd worden?
Het is belangrijk om de paarden regelmatig te ontwormen om het besmettingsniveau terug te dringen.
Paarden op de weide moeten vaker ontwormd worden dan paarden in de box.
Uw dierenarts kan u helpen een aangepast ontwormingsschema op te stellen.
Mestonderzoek kan hierbij helpen.

Parasieten bestrijdingsprogramma met pasta

Merrie met veulen
1. Behandel de merrie rond het veulenen.
2. Behandel het veulen op een leeftijd van 1 week oud.
3. Behandel de merrie en het veulen bij het uitweiden en vervolgens elke 6 weken tot het spenen (merrie en veulen altijd gelijktijdig behandelen),
4. Behandel de merrie en het veulen bij het opstallen aan het einde van het weideseizoen.

Grazende paarden
1. Behandel bij het uitweiden (in de weide zetten).
2. Behandel vervolgens elke 8 weken tot het einde van het weideseizoen

Paarden op stal
1. Behandel bij het opstallen.
2. Behandel daarna als dit uit de resultaten van mestonderzoek nodig blijkt, maar minimaal twee keer per jaar.

Hygiënemaatregelen zijn noodzakelijk
De ontworming van een paard moet vooral gezien worden als een strategie.
Men moet ook rekening houden met de omgeving van het paard en de groep waarin het verblijft.

Daarom:
1. Behandel alle dieren die in dezelfde groep verblijven. Op die manier wordt de totale besmettingsdruk verlaagd en vermindert de kans op overdracht van besmettingen van niet-behandelde naar behandelde paarden.
2. Plaats niet te veel paarden op dezelfde weide. Overbeweiding bevordert de opbouw van de weidebesmetting.
3. Verwijder 1 maal per week de mest van de weide.
4. Verweidt de paarden regelmatig naar een veilige, schone weide. Dit is een weide die gemaaid en gehooid is of die niet eerder is beweid door paarden afgelopen 12 maanden.
5. Zorg voor een goede afwatering van de weiden.
6. Reinig en desinfecteer de boxen met warm water onder hoge druk om parasiet-eieren te verwijderen, met name spoelwormeieren zijn zeer moeilijk te elimineren.
7. Ontworm elk nieuw paard en plaats het 2 dagen afgezonderd van de groep; hiermee wordt de kans op insleep van mest, besmet met wormeieren, sterk verminderd.
8. Was en desinfecteer regelmatig de dekens en het bandagemateriaal om de overdracht van huidparasieten te vermijden, vooral tijdens de winter.